Eerste ministers van België sinds de Tweede Wereldoorlog

België heeft een federale parlementaire democratie onder een constitutionele monarchie, waar de koning de eerste minister benoemt om de regering te leiden. De regeringen gevormd na de onafhankelijkheid van België in 1830 hadden de positie die bekend staat als formateur die de regering leidde en vormde, maar deze positie had geen goed omschreven taken. Het was in 1918 dat de titel premier werd opgenomen in de officiële documenten. In de loop van de tijd stegen de aan premier verbonden bevoegdheden boven die van de koning en in 1970, met de eerste staatshervorming, werd het opgenomen in de Belgische grondwet. Eerste minister zit de Raad van Ministers voor en is verantwoordelijk voor het formuleren van beleid en de uitvoering ervan. Premier kan ook om een ​​motie van motie van wantrouwen vragen, die ook kan leiden tot de beëindiging van de regering. Wanneer de premier de regering aftrekt, lost de regering op.

Eerste ministers van België sinds de Tweede Wereldoorlog

premier

Hubert Pierlot (1939-1945)

Hubert was een advocaat voordat hij bij de politiek kwam. Hij werd beëdigd als premier kort voordat België de Tweede Wereldoorlog inging. Als gevolg van de bezetting door nazi-Duitsland, ging hij naar ballingschap en leidde de Belgische regering vanuit Frankrijk en later vanuit Groot-Brittannië. Hij is zowel als premier en minister van defensie vanuit zijn positie in ballingschap. In 1940, het jaar dat Duitsland België aanviel, was er een ernstig meningsverschil tussen Huber Pierlot en de koning van België Leopold III. Hubert was van mening dat de koning naar ballingschap moest gaan in plaats van zich over te geven aan het Duitse leger, dat de koning beschouwde als een laffe daad. Na de bevrijding van België in 1944 keerde Hubert terug naar het land en leidde de nieuwe regering. De regering slaagde er niet in de nieuwe uitdagingen voor de natie op te lossen en mislukte. In 1946 nam hij ontslag, voordat hij in 1946 besloot de politiek te verlaten.

Paul - Henry Spaak (1947-1949)

Afkomstig uit een beroemde Belgische politieke familie Paul - Henry Spaak werd driemaal verkozen tot premier van België. Eerst van 1938 tot 1939, ten tweede in 1846 en tenslotte tussen 1947 en 1949. Hij was een van de meest prominente staatsmannen uit België in de naoorlogse politiek. Hij was een primaire pleitbezorger voor Europese samenwerking. Zijn rol was cruciaal bij de vorming van de Europese Economische Gemeenschap, die werd opgevolgd door de Europese Unie. Hij stond ook achter de formatie van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) en de Benelux-overeenkomst. In 1945 hielp hij bij het opstellen van het Handvest van de Verenigde Naties en werd hij verkozen tot president van de eerste algemene vergadering van de Verenigde Naties. Hij ging met pensioen in de politiek in 1966.

Gaston Eyskens (1949-1950; 1958-1961; 1968-1973)

Eysken was een econoom en de premier van België van 1949-50, 1958-61 en 1968-73. Hij kreeg te maken met belangrijke taalkundige en ideologische conflicten in België in 1950. In 1958 toonde hij zijn leiderschap bij het afronden van het schoolpact en gaf hij gelijke financiële steun aan parochiale en openbare scholen. Zich realiserend dat België misschien niet meer in staat zou zijn om de economische en politieke situatie van Belgisch Congo aan te pakken, overtuigde hij in 1960 het parlement om Congo onafhankelijk te maken. De bloedige oorlogen die volgden op de onafhankelijkheid van Congo en interne problemen in België brachten zijn regering in 1961 ten val.

Paul Vanden Boeynants (1966-1968; 1978-1979)

Paul Vanden Boeynants werd tweemaal verkozen tot premier van België. Paul, een Franstalige Belgische politicus, was al lang lid van het Parlement. In 1961 diende hij als de minister voor de middenklasse. Zijn behandeling van de taalcrisis (1968) in België werd bekritiseerd, maar het was de corruptie en de fraude die uiteindelijk (1986) zijn carrière als politicus beëindigde. Later in 1989 werd hij gekidnapt door een linkse groep, maar werd een maand later vrijgelaten door losgeld van meer dan $ 2 miljoen te betalen.

Economie van België

België heeft een open, levendige, op economie gebaseerde privé-economie en heeft zijn geografische ligging geactiveerd. Het land heeft een hoog ontwikkeld en efficiënt transportnetwerksysteem. De industrieën zijn geconcentreerd in de dichtbevolkte gebieden zoals Vlaanderen in het noorden. Het land heeft weinig natuurlijke hulpbronnen en importeert daarom grote hoeveelheden grondstoffen en exporteert grote hoeveelheden industrieproducten. De economie van België groeide in 2015 met 1, 4%.

Eerste ministers van België sinds de Tweede WereldoorlogTerm (en) in Office
Hubert Pierlot

1939-1945
Achille Van Acker

1945-1946; 1954-1958
Camille Huysmans

1946-1947
Paul-Henri Spaak

1947-1949
Gaston Eyskens

1949-1950; 1958-1961; 1968-1973
Jean Duvieusart

Juni tot augustus 1950
Joseph Pholien

1950-1952
Jean Van Houtte

1952-1954
Théo Lefèvre

1961-1965
Pierre Harmel

1965-1966
Paul Vanden Boeynants

1966-1968; 1978-1979
Edmond Leburton

1973-1974
Leo Tindemans

1974-1978
Wilfried Martens

1979-1981; 1981-1992
Mark Eyskens

Maart tot december 1981
Jean-Luc Dehaene

1992-1999
Guy Verhofstadt

1999-2008
Yves Leterme

Maart tot december 2008; 2009-2011
Herman Van Rompuy

2008-2009
Elio Di Rupo

2011-2014
Charles Michel ( zittend)

2014-heden